Wat zijn de drie sleutels tot het succes van elke lobbycoalitie? Onder leiding van Erik van Venetië ging een panel van ervaringsdeskundigen hierover het gesprek aan, afgelopen 15 mei in Den Haag. Het panel bestond uit Adri Bom-Lemstra (Voorzitter Glastuinbouw Nederland), Rolf Harbers (Directeur Mobiliteitsalliantie), Jildau Schuilenburg (Sr. Adviseur Public Affairs Samenwerkingsverband Noord-Nederland) en Martijn Vonk (Sr. Adviseur Public Affairs Enexis). Prof. dr. Caelesta Braun (Universiteit Leiden) voorzag de middag van de nodige wetenschappelijke duiding.
Meer is beter
Caelesta Braun ziet dat de ‘stabiele’ en klassieke coalities van weleer – denk aan brancheorganisaties – uit de mode zijn geraakt. Coalities zijn tegenwoordig veelal single issue-gedreven. Het zijn verbanden van uiteenlopende organisaties die elkaar op veel onderwerpen helemaal niet kunnen vinden, maar op 1 specifiek punt juist wel. Volgens Braun is het een teken van onze tijd. Nu het politieke landschap is gefragmenteerd en Nederland is ontzuild, lijkt het vaak alsof je elkaar alleen nog maar op issues kan vinden. Dat resulteert in ‘heterogene’ coalities; coalities die zich organiseren rond een gedeeld issue en op die manier een flinke impact kunnen genereren. Het afbreukrisico in zo’n issuegedreven coalitie is groot, want er is immers meer waar ze het niet over eens zijn dan wel. Juist in een land in beweging zoals Nederland zijn stabiele, brede coalities met bredere thema’s en issues hard nodig. Coalities dus die niet meegaan in de politieke waan van de dag, maar een duurzame, bestendige lobby proberen te organiseren, vanuit een breed gedragen visie.
De mens: de klik is essentieel
Gedeelde issues alleen zijn echter niet genoeg om een succesvolle, stabiele coalitie te vormen. Chemie tussen mensen is een cruciale factor, die evenwel vaak wordt onderschat. Er zijn altijd mensen nodig die de boel bij elkaar moeten houden. Er moet een klik zijn. De Mobiliteitsalliantie van huidig directeur Rolf Harbers, had bijvoorbeeld niet bestaan als oprichters Arthur van Dijk (TLN), Roger van Boxtel (NS), Steven van Eijck (RAI) en Frits van Bruggen (ANWB) het in 2016 niet met elkaar hadden kunnen vinden. Er ontstond meteen een goed gevoel. Een gevoel van samen optrekken, uit de urgentie om Nederland bereikbaar te houden op de weg en in het OV. Dat bleek de basis voor een coalitie van 25 partijen uit het brede mobiliteitsveld.
Is iedereen het dan eens binnen deze stabiele coalitie, puur op basis van de onderlinge klik? Dat ook weer niet. Er is weleens een deelnemende organisatie uitgestapt, omdat deze niet kon uitleggen aan de achterban dat er ook andere modaliteiten zijn vertegenwoordigd in de Alliantie en dat belangen niet altijd in elkaars verlengde kunnen liggen. Anderzijds: een luis in de pels is niet per definitie verkeerd. Zo is er ook een organisatie die er heel stevig in zit, maar die tegelijkertijd veel voor elkaar krijgt en die de andere deelnemers scherp houdt. Dat gaat al jaren goed, dankzij wederzijds respect.
Vergeet ook de burgemeester niet!
Martijn Vonk was namens de universitair medisch centra betrokken bij de Kenniscoalitie. Een organisatie die in 2014 ontstond, gedragen door universiteiten, universitair medisch centra, TNO, NWO en andere organisaties die hetzelfde doel nastreven: wetenschap en onderzoek bevorderen, om zo een antwoord te formuleren op de grote uitdagingen van deze tijd. Het zijn organisaties die allemaal goede contacten hebben bij diverse ministeries, zoals OCW, VWS en EZK. Zo wisten ze samen een ijzersterke lobby te organiseren. Het grootste concrete resultaat tot nu toe: de totstandkoming van een onderzoekfonds voor wetenschap en innovatie. Een fonds met een looptijd van 10 jaar en een slagkracht van 5 miljard. En met structureel 700 miljoen euro, voor onderwijs en wetenschap. Overigens stond het onderzoeksfonds bij het verschijnen van dit artikel alweer op gedeeltelijk op losse schroeven. Hoe succesvol ook, ook lobbycoalities hebben soms te maken met een nieuwe politieke realiteit.
Het geheim van het succes van een lobbycoalitie heeft veel aspecten. De klik waardoor deelnemers elkaar wat gunnen is er een van. Verbindend leiderschap is minstens net zo belangrijk. Je hebt een soort van ‘burgemeester’ nodig die boven de losse belangen gaat hangen, ook boven zijn eigen belang. Iemand die de stip op de horizon altijd voor ogen houdt.
Dat ervaarde Martijn Vonk, als onderdeel van de Kenniscoalitie. Natuurlijk, het HBO had wel een wat groter aandeel van het fonds willen hebben. En natuurlijk, de UMC’s hadden graag meer geld gezien voor sectorplannen. Maar de gunfactor overwon alles, mede door NWO-voorzitter Marcel Levi. Hij speelde een grote rol, als ‘de burgemeester’ boven de partijen.
Geluk in timing kunnen cashen!
Jildau Schuilenburg, onderdeel van de mega-coalitie Samenwerkingsverband Noord-Nederland (waarin gemeenten en provincies samen komen in het brede belang van het Noorden) ziet succes wanneer iedereen in de coalitie zijn of haar rol weet te pakken en deze optimaal kan invullen. Met een grote groep bestuurders kan je vanuit de coalitie ook goed gebruik maken van ieders kracht. De één kan snel verbinding maken met stakeholders, de ander is goed om ‘een deur in te trappen’ om een boodschap krachtig over te brengen en nog een ander neemt een breed politiek netwerk met zich mee.
Zijn al die rollen aanwezig, dan is het volgens Schuilenburg een kwestie van kunnen en willen schaken en schakelen op het juiste moment: wie gaat wat doen, wanneer en hoe draagt alles bij aan het lobbydoel? Een goede ‘schaker’ zijn is dus onontbeerlijk voor de organisatie van een goede lobbycoalitie. Maar ook geluk en timing is altijd een factor. Soms heb je gewoon de wind mee. In Groningen ontstond dat, wrang genoeg, nadat de provincie langere tijd in de hoek zat waar de klappen vielen. De coalitie kreeg in korte tijd zoveel slecht nieuws, dat een destijds actueel dossier kon gaan ‘vliegen’. ‘Haal het hart niet uit het Noorden’ kon zo uitgroeien tot veel meer dan alleen een lobby tegen het sluiten van de kinderhartchirurgie-afdeling van het UMCG: het was een hartenkreet tegen alles wat de provincie eerder te verduren kreeg. Die kreet bleek onweerstaanbaar - en de afdeling bleef behouden.
Lobbycoalities: de toekomst
Er is behoefte aan ‘grassroots’-bewegingen van samenwerking op bredere, grotere thema’s die iedereen raken. Niet alleen je eigen issues, hoe urgent die ook zijn. Het is een maatschappelijke tendens die je terugziet bij de formerende politieke partijen, of zelfs door die partijen wordt aangewakkerd: men legt het oor minder dan voorheen te luisteren bij de geïnstitutionaliseerde partijen en meer bij ‘gewone mensen’.
Het wordt daardoor lastiger voor traditionele lobbypartijen om aandacht te krijgen voor hun zaak. Tenzij de in de coalities verenigde partijen erin slagen om meer de verbinding te leggen met hun eigen achterban en het geluid van die achterban gebruiken om de eigen boodschap kracht bij te zetten. Het potentieel is er: De ANWB, onderdeel van de mobiliteitsalliantie, heeft bijvoorbeeld 5 miljoen leden.
Caelesta Braun plaatst hierbij wel een kanttekening: de context triggert weliswaar om een stap te zetten naar de burger, maar dat moet dan wel op een gelijkwaardige manier gebeuren. Zodat die burger echt onderdeel wordt van de lobby en niet slechts een middel om de kansen op succes te vergroten.